Meer dan veertig procent van het Nederlandse mkb heeft niet goed in kaart welke mogelijkheden zij hebben om bedrijfsfinanciering op te halen. Dat blijkt uit onderzoek onder meer dan 600 ondernemers uit het Nederlandse midden- en kleinbedrijf door October. 36 procent van de ondernemers geeft aan überhaupt niet te weten wat een financier nodig heeft om krediet te verstrekken.
Dertien procent van de ondervraagde directeuren, DGA’s en cfo’s in het mkb tast wat betreft externe financiering totaal in het duister. Zij geven aan in het geheel niet bekend te zijn met financieringsmogelijkheden. In totaal schort het bij 41 procent van ondernemers in Nederland aan voldoende kennis over het financieringslandschap. En het ontbreken van die kennis kan een probleem zijn, waarschuwt Luuc Mannaerts, ceo van October Nederland. “Simpelweg weten welke financieringsmogelijkheden er zijn en aan welke eisen voldaan moet worden om een krediet te krijgen, kan voor een onderneming het verschil zijn tussen ontwikkeling en stilstand.”
Ondernemers laten voordeel liggen
Verder blijkt dat 36 procent van de ondernemers niet inzichtelijk heeft wat een financierder nodig heeft om te bepalen of een onderneming in aanmerking komt voor een lening. Bovendien geeft bijna de helft van de ondernemers (48 procent) aan niet bekend te zijn met verschillen in voorwaarden van diverse financieringspartijen. Daarbij geeft 55 procent aan baat te hebben bij betere informatieverstrekking over de diverse vormen van financiering. “Dat is zorgwekkend te noemen”, zegt Mannaerts. “Zeker wanneer je bedenkt dat in de komende maanden talloze ondernemers op zoek gaan naar financiering vanwege de crisis. Nu banken voor bijvoorbeeld de horeca hun deuren dicht hebben gegooid, zullen deze ondernemers onder hoge tijdsdruk financiering moeten zoeken. ”
“Bij bijna de helft van de Nederlandse mkb’ers is er dan geen sprake van het gedegen afwegen van diverse financiers op basis van gestelde voorwaarden”, gaat Mannaerts verder. “Dat betekent niet alleen dat het zeer diverse financieringslandschap van Nederland onderbelicht is bij de belangrijkste doelgroep. Maar ondernemers laten ook voordeel liggen dat anders in veel gevallen te behalen is door financiering van zowel de bank als een non-bancaire financier te combineren. Zeker indien de ondernemer niet persoonlijk borg wil of kan staan, is dat voordeel te groot om op de plank te laten liggen.”
Garantstelling overheid niet bekend
Ook blijkt dat de vanwege de coronacrisis verruimde borgstellingsregeling BMKB-C geen grote bekendheid geniet bij ondernemers. Slechts 38 procent kent de regeling waarbij de Nederlandse staat garant staat voor een zakelijke lening. Van die groep deed ruim zestig procent een aanvraag. Iets minder dan veertig procent (38 procent) werd bijgestaan door extern advies, minder dan een kwart (24 procent) deed de aanvraag zelf. Mannaerts: “Van de ondernemers die de BMKB-C regeling kennen doet ruim de helft een aanvraag. Groeit de bekendheid, dan groeit ook het aantal aanvragen. Daar ligt een kans voor de overheid om de BMKB-regeling te vernieuwen. Tot op heden ontvingen slechts 4000 bedrijven een krediet waarbij de overheid borg staat. Dit is een fractie van de aanvragen die zijn gedaan. We kunnen dus gerust zeggen dat deze regeling niet aansluit bij de behoefte aan liquiditeit van het MKB.”